Hoe kunnen we je helpen?

Aanbieden mogelijkheid contactloos betalen steeds populairder

Aanbieden mogelijkheid contactloos betalen steeds populairder


De coronacrisis leidt tot een grote toename in het aantal contactloze betalingen. Aanvankelijk was er tijdens de eerste periode van de lockdown juist een sterke daling van het aantal, maar ook de waarde van de betalingen aan de kassa. Al vanaf de maand april werd het herstel zichtbaar. Het herstel was zelfs zo sterk dat de totale waarde van alle betalingen weer gelijk was aan de waarde in dezelfde periode in 2019. Vergeleken met juni 2019 lag de waarde van betalingen aan de kassa maar liefst 15 procent hoger.

Contactloos betalen wint terrein

Uit onderzoek van De Nederlandsche Bank (DNB) en Betaalvereniging Nederland, blijkt dat vooral contactloos betalen veel terrein wint. Betaalvormen zoals pinnen en contante betalingen vereisen meer contact en zijn sinds de uitbraak van het coronavirus aanzienlijk minder populair geworden. Sinds de lockdown is vooral het gebruik van contante betaling sterk afgenomen. Contactloos betalen gebeurt vooral via de pinpas, maar ook betalen met behulp van de mobiele telefoon neemt toe.

Banken stimuleren contactloos betalen

Banken stimuleren en vereenvoudigen contactloos betalen. Op die manier dragen zij bij aan het beperken van verdere verspreiding van het coronavirus. Contactloos betalen beperkt namelijk het handcontact tussen koper en verkoper. Een van de maatregelen die banken hiervoor hebben genomen, is het verhogen van de limieten voor contactloos betalen. Voor de lockdown moest een consument vanaf 25 euro zijn of haar pincode intoetsen. Deze limiet is verhoogd naar 50 euro.

Aandeel contante betalingen sterk gedaald

Uit het onderzoek van DNB en Betaalvereniging Nederland blijkt dat voor de pandemie gemiddeld 30 procent van alle betalingen aan de kassa contant plaatsvond. In maart 2020 daalde dit aantal tot slechts 13 procent. Eind juni 2020 liep het aandeel contante betalingen terug tot 23 procent. Opvallend daarbij is dat de afname van contante betalingen vooral zichtbaar is bij jongeren (12 tot 34 jaar) en ouderen (65-plus).

Belastingdienst dit jaar erg snel met verwerken IB-aangiftes

Belastingdienst dit jaar erg snel met verwerken IB-aangiftes


Bijna iedereen die de aangifte inkomstenbelasting 2019 heeft gedaan, heeft al een definitieve of voorlopige aanslag van de Belastingdienst ontvangen. Dat geldt voor zowel particulieren als IB-ondernemers. Zelfs wanneer na 1 april 2020 aangifte werd gedaan, ligt er in de meeste gevallen een voorlopige of definitieve aanslag op de mat. Dat blijkt uit een bericht van het Ministerie van Financiën.

97 procent heeft al een voorlopige of definitieve aanslag ontvangen

De officiële periode voor de belastingaangifte liep van 1 maart tot 1 mei. In dat tijdvak ontving de Belastingdienst ruim 9,3 miljoen aangiftes. Daarbij is een opvallend record gevestigd: op de laatste aangiftedag kwamen er maar liefst 347.000 aangiftes binnen. In totaal ontving de Belastingdienst op 1 juli ruim 10,4 miljoen aangiftes. Doordat de aangiftes meteen na binnenkomst worden verwerkt, heeft 97 procent van de mensen die aangifte deden een definitieve of voorlopige aanslag ontvangen. Het is bijzonder dat ook particulieren en ondernemers die ná april aangifte deden al een reactie van de Belastingdienst hebben gekregen.

Meer mensen ontvingen direct een definitieve aanslag

Uit de cijfers van het Ministerie van Financiën blijkt dat 88 procent van de mensen die aangifte deden, direct een definitieve aanslag ontving. Vergeleken met vorig jaar zijn dat er 12 procent meer, of in absolute aantallen: bijna 900.000 definitieve aanslagen. De reden daarvan is dat er in vergelijking met vorig jaar minder openstaande aangiftes zijn. Een definitieve aanslag is namelijk niet mogelijk, zolang aangiftes van het vorige belastingjaar of ouder nog niet zijn afgerond.

Zorgvuldige controle bij de Belastingdienst

Direct na binnenkomst start het aangifteproces bij de Belastingdienst. Er wordt automatisch gecontroleerd of de ingevulde gegevens logisch en compleet zijn. Eventuele invulfouten worden ontdekt. Bovendien wordt nauwkeurig gecontroleerd of de ingevulde gegevens overeenkomen met de fiscale regels. Als er op enig moment in dit automatische proces een mogelijke fout wordt ontdekt, dan wordt zo’n belastingaangifte op een later moment onderzocht. Alle aangiftes die extra aandacht vereisen, worden persoonlijk door een medewerker van de Belastingdienst beoordeeld.

25 procent van Tozo-aanvragen afgewezen door gemeenten

25 procent van Tozo-aanvragen afgewezen door gemeenten


Ervaart u als zelfstandig IB-ondernemer financiële problemen door de coronacrisis? Om ondernemers tijdens de coronacrisis financieel te ondersteunen is door de overheid de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) in het leven geroepen. Deze regeling is bedoeld voor zzp’ers en zelfstandig ondernemers en bestaat uit een aanvullende uitkering op het inkomen. Deze uitkering is bedoeld voor levensonderhoud als het inkomen van u als IB-ondernemer onder het sociaal minimum daalt. Ook is het binnen de regeling mogelijk om te lenen voor bedrijfskapitaal om tijdelijke liquiditeitsproblemen op te vangen.
Het is belangrijk uw aanvraag zo volledig mogelijk in te vullen. Uit onderzoek van Business News Radio (BNR) blijkt namelijk dat bijna 25 procent van alle aanvragen voor een beroep van IB-ondernemers op de Tozo niet door de gemeente worden gehonoreerd. Het geld is niet uitgekeerd, de aanvraag wordt afgewezen of is door ondernemers niet volledig ingevuld. BNR informeerde bij zowel kleine, middelgrote als grote gemeenten in ons land.

Problemen met de partnertoets

De cijfers van BNR geven informatie over het aantal afwijzingen binnen de eerste Tozo-regeling. De regeling is per 1 juni in aangepaste vorm verlengd en loopt van 1 juni tot met 31 augustus. Een groot verschil is de invoering van een partnertoets. IB-ondernemers en zelfstandigen waarvan de partner meer dan € 1500 per maand verdient, hebben vanaf 1 juni geen recht meer op een Tozo-uitkering. Mogelijk stijgt het aantal afwijzingen hierdoor verder.

Moeite om in levensonderhoud te voorzien

Veel IB-ondernemers, waaronder zelfstandigen en zzp’ers dreigen alsnog in financiële problemen te komen. Diverse zelfstandigenorganisaties riepen op de partnertoets niet in te voeren. Ondernemersorganisatie ONL constateerde namelijk dat 51 procent van de zelfstandigen met een partner die van de eerste Tozo-regeling gebruikmaken al moeite hebben in hun levensonderhoud te voorzien. Een vermogenstoets is overigens nog steeds geen onderdeel van de aanvraag voor de Tozo 2-regeling.

Verbazing over partnertoets

Ondernemersorganisatie ONL verbaast zich over de partnertoets. Er is namelijk geen aanwijzing dat er zonder partnertoets overmatig misbruik van de regeling wordt gemaakt. Er heerst nog steeds veel onzekerheid over het bestaansrecht als ondernemer. Wellicht biedt ondersteuning in de vorm van een lening uitkomst. Ondernemers mogen maximaal €10.157 lenen voor bedrijfskapitaal.

Steun voor zzp’er alleen nog na partnertoets

Steun voor zzp’er alleen nog na partnertoets


Zoals verwacht heeft het kabinet Rutte in het tweede corona-steunpakket strengere voorwaarden gesteld aan zzp’ers om voor de Tozo-regeling in aanmerking te komen. Met ingang van juni is er alleen nog steun voor zzp’ers die niet kunnen terugvallen op het inkomen van hun partner.

Inkomen sterk gedaald


Wanneer u zzp’er bent en uw inkomen is sterk gedaald ten gevolge van de coronacrisis, dan kunt u met ingang van juni alleen nog steun bij de gemeente aanvragen wanneer u verklaart dat uw partner onvoldoende inkomen heeft om op terug te vallen. Wanneer u daarover jokt, kan de steun teruggevorderd worden.

Financiële moeilijkheden


Er is veel kritiek op de partnertoets, omdat in brede kring wordt verwacht dat steun hierdoor trager tot stand zal komen. Wanneer u zzp’er bent en financiële moeilijkheden dreigen of zijn actueel, dan staat ons kantoor klaar om samen met u te bekijken hoe de nood te lenigen valt.

  • U kunt als zzp’er per 1 juni alleen nog een beroep op steun doen na een partnertoets.
  • Wanneer u jokt over het inkomen van uw partner, kan de steun teruggevorderd worden.

Leasefietsers behouden reiskostenvergoeding

Leasefietsers behouden reiskostenvergoeding

Per 1 januari komend jaar begint de bijtellingsregeling voor zakelijke fietsen: 7 procent van de aanschafwaarde (consumentenadviesprijs). Daarbij is uitgegaan van 25 procent privégebruik. Het was niet duidelijk of naast deze regeling de onbelaste vergoeding van 19 cent per zakelijke kilometer zou blijven bestaan, maar die duidelijkheid is er inmiddels: die vergoeding blijft bestaan.

Administratieve consequenties

Welke consequenties een en ander heeft voor de administratie van uw onderneming, neemt ons kantoor graag met u door. Het is nu in elk geval zo dat personeelsleden die gebruik (gaan) maken van een leasefiets van de zaak, recht behouden op een onbelaste kilometervergoeding van 19 cent wanneer men met een ander vervoermiddel dan de leasefiets naar en van het werk reist.

Belangenorganisaties

Het ministerie van Financiën heeft dit bevestigd. Volgens belangenorganisaties als de Koninklijke RAI Vereniging is behoud van de onbelaste reiskostenvergoeding naast de bijtellingsregeling cruciaal voor het succes van de fiscale regeling.

  • De bijtellingsregeling voor zakelijke fietsen gaat per 1 januari komend jaar in: 7 procent van de aanschafwaarde.
  • Personeelsleden die met een ander vervoermiddel naar en van het werk reizen, behouden het recht op een onbelaste kilometervergoeding van 19 cent.

Natuurlijk houden wij u op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen. Zeker op dit gebied is veel meer te melden. Bel of mail ons voor informatie op maat.

Korting mrb bestelauto’s omlaag

Korting mrb bestelauto’s omlaag

Wanneer u voor uw onderneming gebruik maakt van bestelauto’s die op benzine of diesel rijden, dan is voor u het lagere bestelautotarief voor de motorrijtuigenbelasting (mrb) van toepassing. Om elektrisch rijden voor u aantrekkelijker te maken, gaat het kabinet deze tarieven geleidelijk verhogen. Ons kantoor berekent graag hoe de keuze voor elektrische auto’s voor u uitpakt.

Lichter/zwaarder

De verhoging is gebaseerd op het gewicht van de bestelauto, zodanig dat het tarief voor lichtere bestelauto’s minder wordt verhoogd en het bedrag voor zwaardere exemplaren meer stijgt. Op het eerste gezicht gaat het niet om schokkende bedragen: gemiddeld 24 euro per jaar per bestelauto.

Belastingvoordelen

De verhoging gaat in per 2021 en duurt vooralsnog tot en met 2024: gemiddeld gaat het dan toch nog om een aardig bedrag. In 2025 wordt het (gemiddelde) tarief weer met €24 verlaagd. De huidige belastingvoordelen voor volledig elektrisch rijden, geldend tot 2021, worden verlengd tot 2025.

  • Gemiddeld €24 meer per jaar per auto, van 2021 tot en met 2024: toch nog een aardig bedrag.
  • De huidige belastingvoordelen voor volledig elektrisch rijden, geldend tot 2021, worden verlengd tot 2025.

Natuurlijk houden wij u op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen. Zeker op dit gebied is veel meer te melden. Bel of mail ons voor informatie op maat:

Griffierechten kleinere vorderingen omlaag

Griffierechten kleinere vorderingen omlaag

Wanneer u als ondernemer te maken krijgt met een onbetaalde rekening van net boven de 500 euro, stapt u waarschijnlijk niet naar de rechter om uw financiële gelijk te halen wanneer u €486 aan griffierechten kwijt kunt zijn. Daarom heeft minister Sander Dekker voorgesteld de griffierechten voor vorderingen tussen €500 en €5000 te verlagen.

Wanbetalers

Wanneer Dekkers voorstel wordt geaccordeerd zal het griffierecht €306 zijn en wanneer uw onderneming geen rechtspersoon is €204. Dekker komt hiermee tegemoet aan klachten van het mkb en van deurwaarders: de huidige tarieven ontmoedigen de gang naar de rechter. Wanbetalers maken misbruik van die wetenschap.

Aantoonbare pogingen


Het griffierecht voor vorderingen boven €5000 gaat omhoog. Voor vorderingen tot €500 blijven de huidige tarieven gelden. Voor u de gang naar de rechter maakt: het is belangrijk dat u kunt aantonen welke pogingen u hebt ondernomen een vordering betaald te krijgen. Ons kantoor staat u in dit traject graag terzijde met raad en daad. U komt dan in elk geval beslagen ten ijs.

  • De huidige griffietarieven ontmoedigen de gang naar de rechter. Wanbetalers maken misbruik van die wetenschap.
  • Het is belangrijk dat u voor de rechter kunt aantonen welke pogingen u hebt ondernomen uw vordering betaald te krijgen.

Natuurlijk houden wij u op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen. Zeker op dit gebied is veel meer te melden. Bel of mail ons voor informatie op maat:

De nieuwe kleineondernemersregeling

 

De nieuwe kleineondernemersregeling

Op 1 januari 2020 gaat de nieuwe kleineondernemersregeling (KOR) in. De bedoeling is dat u als kleine ondernemer door de nieuwe regeling minder administratieve rompslomp hebt. Het is aan u of u deelneemt aan de regeling. Het is niet in alle gevallen duidelijk wat een verstandige beslissing is; dat kan voor iedereen anders liggen. Uiteraard staat ons kantoor u graag met raad en daad terzijde.

Aftrekpost kwijt
U kunt aan de nieuwe KOR deelnemen wanneer u een in Nederland gevestigde ondernemer bent en uw omzet niet hoger is dan €20.000 per kalenderjaar (niet alle omzet telt mee). U wordt vrijgesteld van omzetbelasting, u factureert geen btw en hoeft die dus ook niet af te dragen. Wel bent u een aftrekpost kwijt.

Rechtspersonen
De huidige KOR geldt alleen voor natuurlijke personen en samenwerkingsverbanden van natuurlijke personen. Aan de nieuwe regeling kunnen ook rechtspersonen als stichtingen, verenigingen en bv’s deelnemen. Het is belangrijk te weten of de omzet beneden €20.000 blijft. Hiervoor zijn hulpmiddelen op internet te vinden, maar ons kantoor biedt u graag professionele steun. Ook kunnen we u aanmelden voor de nieuwe KOR.

  • Als deelnemer aan de nieuwe KOR wordt u vrijgesteld van omzetbelasting, u factureert geen btw en draag deze dus ook niet af.
  • Of deelnemen aan de nieuwe KOR verstandig is, kan voor iedereen anders liggen.

Natuurlijk houden wij u op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen. Zeker op dit gebied is veel meer te melden. Bel of mail ons voor informatie op maat:

Betere bescherming bij zakendoen op digitale platforms

Betere bescherming bij zakendoen op digitale platforms

Voor het MKB komt er meer zekerheid wat betreft het zakendoen met digitale platforms, zoals reserverings- en vergelijkingswebsites, online marktplaatsen en appstores. Daarover is in EU-verband overeenstemming bereikt in de vorm van een Platform-to-Business (P2B)-verordening. Dergelijke platforms zijn voor ondernemers een belangrijk instrument om hun diensten en producten aan te bieden.

Volgorde van zoekresultaten

De P2B-regelgeving betreft zaken als transparantie over algemene voorwaarden, de volgorde van zoekresultaten en regels met betrekking tot geschillenbeslechting. De voorschriften gelden ook voor platforms die hun hoofdvestiging niet in de EU hebben, maar er wel opereren, zoals Google, Facebook en Amazon. Na publicatie (volgt deze zomer) hebben de platforms een jaar de tijd om aan de nieuwe regels te voldoen.

Afhandeling geschillen

Het is de bedoeling dat de regelgeving zorgt voor eerlijke verhoudingen tussen platforms en ondernemers, door transparantie en effectieve geschillenbeslechting. Zo moeten ondernemers bij een geschil een beroep kunnen doen op het platform in kwestie voor kosteloze en snelle afhandeling. Ons kantoor geeft u graag alle informatie.

  • De nieuwe P2B-regelgeving moet zorgen voor eerlijke verhoudingen tussen platforms en ondernemers.
  • Bij een geschil moeten ondernemers kunnen rekenen op kosteloze en snelle afhandeling door platforms.

Natuurlijk houden wij u op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen. Zeker op dit gebied is veel meer te melden. Bel of mail ons voor informatie op maat:

Nieuwe Europese regels voor flexwerkers

 

Nieuwe Europese regels voor flexwerkers

 

Het Europees Parlement heeft ingestemd met een richtlijn met betrekking tot nieuwe vormen van werk. Voor u als werkgever heeft dat een aantal gevolgen. Daarvan stippen we hieronder een aantal aan. Graag neemt ons kantoor met u door welke gevolgen de nieuwe richtlijn voor u heeft.

 

Duidelijkheid

Als werkgever mag u flexwerkers, die u kort inhuurt, niet beperken in het aannemen van klussen voor andere partijen. Daarnaast moeten arbeidsvoorwaarden en taakomschrijving duidelijk zijn. Dat geldt ook voor de duur van de klus, de vergoeding en de werktijden. Wanneer een opdracht buiten de aangegeven werktijden valt, mogen flexwerkers deze zonder gevolgen weigeren.

 

Proeftijd

Wanneer u een opdracht annuleert moet dit tijdig gebeuren, anders bent u compensatie verschuldigd. Ook proeftijden zijn aan voorwaarden gebonden: niet langer dan zes maanden. Wanneer u opnieuw een overeenkomst met een flexwerker aangaat voor dezelfde functie, is een proeftijd niet opnieuw toegestaan. De EU-lidstaten zijn akkoord met de regels, die binnen drie jaar moeten worden toegepast.

 

  • Volgens een nieuwe, Europese richtlijn krijgt u als werkgever te maken met beperkingen bij het inhuren van flexwerkers.
  • Het Europees Parlement en de lidstaten zijn akkoord met de nieuwe regels, die binnen drie jaar moeten worden toegepast.

Natuurlijk houden wij u op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen. Zeker op dit gebied is veel meer te melden. Bel of mail ons voor informatie op maat: