Hoe kunnen we je helpen?

Als zzp’er een bv starten: wanneer is dit een goed idee?

Als zzp’er een bv starten: wanneer is dit een goed idee?

De switch naar een besloten vennootschap (bv) kan voor zzp’ers aantrekkelijk zijn. Dit gaat tenslotte gepaard met fiscale voordelen en een professionele uitstraling. Is het altijd de beste keuze? Dat niet – helaas. We vertellen u hieronder wanneer een bv starten wél en géén goed idee is. 

Het is een beetje lastig om te bepalen wanneer een overstap naar een bv precies aantrekkelijk is. Dit is namelijk vooral afhankelijk van persoonlijke omstandigheden. 

We kunnen u echter wel een richtlijn geven: een winst van €100.000. U krijgt namelijk vanaf dat bedrag een lagere belastingdruk door het lage belastingtarief. 

Wat zijn de andere voordelen van een bv? 

Minder belastingdruk is niet het enige voordeel van een bv ten opzichte van een eenmanszaak. Een bv straalt bijvoorbeeld ook meer professionaliteit uit. Dit kan voordelig zijn bij het aantrekken van klanten of investeerders. 

Een bv beperkt ook persoonlijke aansprakelijkheid. Dat houdt in dat u niet als uw persoon verantwoordelijk bent bij eventuele schulden; die staan dan op naam van uw bedrijf. 

Wat zijn de nadelen van een bv? 

Het verruilen van een eenmanszaak voor een besloten vennootschap brengt ook nadelen met zich mee. Meer belasting bij een winst lager dan €100.000, bijvoorbeeld. Of andere, complexere (belasting)regels. U moet uzelf bijvoorbeeld als directeur-grootaandeelhouder (DGA) verplicht een minimaal DGA-salaris uitkeren. 

Het oprichten van een bv brengt bovendien hogere administratieve lasten en opstartkosten met zich mee. 

Wanneer kies ik voor een bv? 

Kies voor een bv wanneer u hogere winsten (het liefst hoger dan €100.000) of groeiambities heeft. Schakel altijd een boekhouder of accountant in wanneer u twijfelt. 

De holding-bv: wat is hier het voordeel van?

De holding-bv: wat is hier het voordeel van?

‘Eén bv is geen bv.’ Een gevleugelde uitspraak in het bedrijfsleven, maar wat betekent het nu eigenlijk echt? We leggen het u hieronder uit.

Veel ondernemers die een bedrijf beginnen, starten een instantie die bestaat uit twee onderdelen: een werkmaatschappij en een holding-bv.

Beiden zijn in feite losse bedrijven. De werkmaatschappij is het bedrijf waarbinnen alle actieve werkzaamheden plaatsvinden. De holding-bv komt daar boven te staan – in een controlerende rol.

Risicospreiding
We onderscheiden meerdere redenen achter deze structuur van ondernemingen. De belangrijkste is echter risicospreiding.

Heeft u een werkmaatschappij in een risicovolle sector? Dan is het mogelijk om winsten en andere, waardevolle activa veilig te stellen in de holding-bv. Ze blijven dan gewaarborgd, zelfs wanneer de werkmaatschappij failliet gaat.

Deelnemingsvrijstelling en andere voordelen
Maar er is meer. Een holding-bv geniet bijvoorbeeld ook deelnemingsvrijstelling. Dit is een regel die dubbele belasting voorkomt.

De winst die een werkmaatschappij uitkeert aan de holding is namelijk vrijgesteld van vennootschapsbelasting. Deze winsten kunt u dus belastingvrij herinvesteren of opsparen.

Een holdingstructuur is ook flexibel wanneer u een bedrijf wilt verkopen. De opbrengst van zo’n verkoop is namelijk belastingvrij te ontvangen.

Ten slotte kan een holdingstructuur gunstig zijn bij een bedrijfsopvolging. Het is bijvoorbeeld mogelijk om aandelen in een holding over te dragen zónder dat er sprake is van gevolgen voor de werkmaatschappij. Dat maakt zo’n overdracht stukken eenvoudiger en overzichtelijker.

Nadelen
Betekent dit dat een holding-bv altijd gunstig is? Dat niet. Het opzetten van deze structuur gaat ook gepaard met dubbele kosten. U zet tenslotte twee bedrijven op.

Uw accountant kan u helpen om hierin een goede en vooral relevante keuze te maken.

Opmerkelijk: in Nederland gaan meer bedrijven failliet dan in andere landen

Opmerkelijk: in Nederland gaan meer bedrijven failliet dan in andere landen

Qua percentages moet ons land alleen Australië (34%), Nieuw-Zeeland (34%) en Zweden (33%) voor zich dulden. Toch is de verklaring voor dit opvallende fenomeen enigszins logisch.

Bijna nergens stijgen de faillissementen zo sterk als in Nederland. Het gaat om een stijging van 31% ten opzichte van 2023.

Daar komt voorlopig ook nog geen einde aan. Het ligt binnen de lijn der verwachting dat het aantal faillissementen in 2025 met nog eens 7% toeneemt.

Waarom gaan er in Nederland meer bedrijven failliet?
Een belangrijke reden voor het toenemende aantal faillissementen is het wegvallen van de coronasteun. Deze hield veel bedrijven tijdens de pandemie overeind. De steunmaatregelen stopten echter in 2022, waarna er veel bedrijven alsnog omvielen.

Een andere oorzaak is de huidige economische situatie. Een hoge inflatie en hoge rentetarieven zetten bedrijven onder druk, soms met faillissementen als gevolg.

Komt dit elders ook voor?
Staat Nederland hier, met de bovengenoemde landen, alleen voor? Dat niet.

Hoewel de stijging bijna nergens zo sterk is als hier, is hetzelfde patroon ook te zien in landen als Italië en Portugal.

In sommige landen, zoals Zuid-Korea, is er juist sprake van een daling in het aantal faillissementen. Dit kan ook te maken hebben met het feit dat sommige landen, waaronder Nederland, de faillissementen tijdens de coronapandemie pas nu mee laten tellen in de cijfers, waar dat in andere landen al is gebeurd.

Is dit reden tot paniek?
De stijging is voor een deel op te vatten als normaal en te wijten aan de pandemie.

Dat betekent niet dat bedrijven in Nederland niet kwetsbaar zijn door stijgende kosten en afgenomen financiële buffers. In die zin is het zeker iets dat economen in de gaten moeten houden.

Bronnen: Atradius en Telegraaf

Spook-bv’s: wat zijn het eigenlijk?

Het kabinet belooft lagere belastingen, maar hoe zit dat precies?

We komen het begrip om de zoveel tijd wel ergens tegen. In juni was het nog zover: twee failliete kozijnhandelaren uit Hengelo die een zogenoemd spookbedrijf hadden opgezet en derhalve zijn veroordeeld door fraude. Maar wat is het eigenlijk – zo’n spook-bv? We leggen het hieronder uit. 
 
Een spookbedrijf is een bedrijf dat eigenlijk helemaal geen bedrijf is. Het komt erop neer dat ze zijn gevestigd op een fictief adres en zodoende niet te traceren zijn. 
 
Waarom mensen zo’n bedrijf starten? Meestal om bepaalde wet- en regelgeving te omzeilen, zodat hun illegale activiteiten verborgen kunnen worden. Zoals fraude. 
 
Een spook-bv heeft dan misschien geen adres, maar vaak wel gewoon een directeur of bedrijfsleider. Het grote verschil met een echt bedrijf is dat ze enkel bestaan op papier. 
 
Hoe spot je een spook-bv? 
Zo’n spookbedrijf is lastig te traceren, maar het is zeker niet onmogelijk. We onderscheiden namelijk een aantal indicatoren die mogelijk wijzen op een niet-bestaande organisatie. 
 
Eén daarvan is een gebrek aan (digitale) informatie. Spookbedrijven hebben doorgaans geen mailadres, website of telefoonnummer. Dat hoeft natuurlijk niet altijd uit te maken, maar het kan een indicatie zijn. 
 
Belangrijk is misschien wel het gebrek aan economische activiteit. Dat uit zich bijvoorbeeld door het wegblijven van inkoop- en verkoopfacturen.  

Het kan echter ook zo zijn dat een spookbedrijf in korte tijd juist heel veel goederen bestelt. In dat geval worden deze ergens achtergelaten en door iemand opgehaald, waarna de eigenaar van de spookfirma met de noorderzon verdwijnt: gratis producten. 
 
Dubieuze activiteiten zijn in alle gevallen een centraal thema. Wanneer een bedrijf activiteiten uitvoert die erg buiten de norm vallen, heeft de politie gegronde redenen om op z’n minst te controleren of het daadwerkelijk om een spook-bv gaat. 

Hierom moeten grote bedrijven de uitstoot van hun personeel controleren

Het kabinet belooft lagere belastingen, maar hoe zit dat precies?

Bedrijven die meer dan honderd man aan personeel hebben, moeten vanaf juli 2024 verplicht checken hoeveel CO2 deze medewerkers uitstoten. Deze zogenoemde CO2-registratieplicht heeft voordelen, maar roept ook weerstand op.

Het gaat om het bijhouden van de kilometers die werknemers afleggen voor zakelijke ritten, maar ook voor het woon-werkverkeer. Het is daarbij de bedoeling dat ondernemingen dit splitsen qua type brandstof (benzine, diesel of elektrisch) én voertuig (bromfiets, openbaar vervoer of auto).

De rapportageplicht maakt deel uit van het Klimaatakkoord. De overheid heeft hierin afspraken vastgelegd die de uitstoot van broeikasgassen terug moeten dringen.

Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat beoordeelt in 2026 of de gezamenlijke uitstoot van de in totaal achtduizend bedrijven met een registratieplicht voldoende daalt. Als dat inderdaad het geval is, blijft de rapportageplicht in stand.

Is dat niet het geval? Dan komt er een plichtmatige maximumuitstoot. Bedrijven moeten dan zelf bepalen hoe ze hieraan aan voldoen.

Dit zijn de voordelen
Het grootste voordeel van de CO2-registratieplicht is dat hiermee in kaart kan worden gebracht of de uitstoot van CO2 voldoende wordt teruggebracht. De splitsing qua type brandstof en voertuig helpt hierbij te bepalen welke maatregelen er nodig zijn wanneer dit niet of onvoldoende gebeurt.

De regels moeten in 2023 leiden tot één megaton aan CO2-winst.

Dit zijn de nadelen
Niet iedereen staat welwillend en positief tegenover de maatregel. Zo claimen sommige bedrijven dat de plicht een voorbeeld is van regeldruk. Ze noemen het bijhouden van de uitstoot van het personeel niet na te leven en té veel werk.

Als mogelijke alternatief wordt het aanmoedigen om elektrisch te rijden of vaker de fiets te pakken genoemd.

Dit zijn de gróótste voordelen van een bv…

Dit zijn de gróótste voordelen van een bv…

…ten opzichte van andere bedrijfsvormen. Lees snel verder voor meer info!

1. U bent niet aansprakelijk voor eventuele schade
Een eigenaar van een eenmanszaak kan met zijn of haar privévermogen aansprakelijk worden gehouden wanneer er op de werkvloer iets misgaat. Een behoorlijk precaire situatie, vanzelfsprekend.

Dit is in principe niet zo bij een besloten vennootschap. De zaak kan dan weliswaar failliet gaan, maar schuldeisers kunnen zich niet beroepen op het eigen vermogen.

We zeggen in principe omdat er wél uitzonderingen zijn, bijvoorbeeld in het geval van onbehoorlijk bestuur.

2. Het kan fiscaal voordeliger zijn
Maakt u meer dan €150.000 winst per jaar? Dan kan het fiscaal slimmer zijn om een besloten vennootschap te hebben, bijvoorbeeld ten opzichte van opnieuw de eenmanszaak.

Deze grens is wel afhankelijk van je bedrijfssituatie en voor iedere ondernemer anders.

3. Het geeft een andere uitstraling
Mensen zijn bij een bv toch vaak geneigd te denken aan een relatief grote bedrijfsvoering, inclusief middelen en personeel. Dat kan handig zijn wanneer u bijvoorbeeld investeerders wilt aantrekken.

4. U kunt investeerders binnenhalen
…en over investeerders gesproken: het binnenhalen hiervan is alléén mogelijk met een vennootschap. Dit helpt u wellicht om meer kapitaal aan te trekken door aandelen uit te geven.

5. Een bv is eenvoudig overdraagbaar
Relatief eenvoudig, moeten we eigenlijk zeggen.

Dit vereist namelijk wel een notariële akte. Tegelijkertijd is het overdragen van een besloten vennootschap iets dat de gemiddelde notaris wel vaker heeft gezien en voor hem of haar dus tamelijk simpel verwezenlijkt kan worden. Maar goed. De overdraagbaarheid is bij het starten van een bv waarschijnlijk het laatste waar u uzelf mee bezig houdt.

Hoeveel moet u uzelf als eigenaar van een bv aan loon uitkeren?

Hoeveel moet u uzelf als eigenaar van een bv aan loon uitkeren?

Het simpele antwoord op deze vraag? €56.000 per jaar. Het langere antwoord? Dat leest u hieronder.

Het starten van een besloten vennootschap (bv) kan voor sommige ondernemers gunstig zijn. Dit leidt bijvoorbeeld tot mogelijke belastingvoordelen – of tot een verminderde, persoonlijke aansprakelijkheid. Zomaar wat redenen om te kiezen voor deze rechtsvorm.

Maar bij het starten van een bv komt nogal wat kijken… 

Een van deze nieuwigheden is het feit dat je te maken krijgt met een loon dat u uzelf moet uitkeren. U bent tenslotte in dienst bij uw eigen bedrijf. Als dga – oftewel als directeur-grootaandeelhouder.

Minimumloon voor een dga
Een directeur-grootdeelaanhouder verdient volgens de Belastingdienst minimaal €56.000 per jaar. Dit is het bedrag dat u uzelf als dga normaal gesproken uit moet keren. Meer mag altijd, maar dit is niet verplicht. 

We noemen dit ook wel de gebruikelijkloonregeling.

Versoepelde omstandigheden
Tot zover helemaal duidelijk, toch? Maar er zitten wat haken en ogen aan deze regeling.

Het kan namelijk zo zijn dat u net begint met aan de weg timmeren met uw besloten vennootschap. En dan kunt u waarschijnlijk niet zomaar €56.000 per jaar ophoesten.

Gelukkig heeft de fiscus hier een aparte regeling voor. U mag hierbij gebruikmaken van een versoepeling van de gebruikelijkloonregeling, waarbij u het wettelijk minimumloon gebruikt in plaats van het gebruikelijke loon. U kunt er óók voor kiezen om uzelf als dga het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking uit te keren.

In beide gevallen moet u bij de Belastingdienst aannemelijk maken dat dit voor u de beste situatie is. Dat kan bijvoorbeeld met behulp van een zogenoemde S&O-verklaring. 

Bedrijven investeren steeds minder: hoe kan dat?

Bedrijven investeren steeds minder: hoe kan dat?

De pandemie ligt gelukkig achter ons en het lijkt erop dat de gemiddelde onderneming langzaamaan weer méér heeft om te besteden. Toch neemt het aantal bedrijfsinvesteringen gestaag af. We leggen u hieronder uit hoe dat kan.

Het gaat om een daling van 3,6 procent. Deze is in november 2023 waargenomen. Bedrijven investeerden, ten opzichte van oktober 2023, vooral minder in gebouwen en infrastructuur.

Een maand dáárvoor nam het aantal investeringen juist toe. Het CBS zag toen een stijging van meer dan 2 procent.

Het lijkt er dan ook op dat er geen nood aan de man is. Verschillende organisaties, waaronder MKB-Nederland en VNO-NCW, luiden desondanks de noodklok. Ze trekken via een brief aan de Tweede Kamer aan de bel door te stellen dat de Nederlandse economie wel degelijk onder druk staat. Volgens hen is de verminderde investeringsdrang een van de vele signalen die hierop duiden.

Oorzaak van de situatie
De brief stelt onder meer dat er meer investeringen het land uit dan in gaan. Nederland wordt daardoor in toenemende mate onaantrekkelijk voor ondernemers en hun investeringen.

Die verminderde bereidheid om te investeren heeft te maken met de situatie op de afzetmarkten, welke volgens MKB-Nederland en VNO-NCW behoorlijk is verslechterd. Dat uit zich onder meer door een verminderd consumentenvertrouwen.

Oplossing voor het probleem
De organisaties zijn van mening dat het kabinet zich hardop moet afvragen hoe aantrekkelijk Nederland nog is als investeringsland. Daardoor moeten de basisomstandigheden voor investeringen worden verbeterd. Dit kan onder meer door een stabiele overheid, waarbij regels niet continu worden veranderd.

De brief stelt ook dat overheidsinvesteringen in kennis en technologieontwikkelingen kunnen bijdragen aan een verbeterd investeringsklimaat.

Ondernemers zijn ontevreden over de huidige politiek: dit zijn de redenen

Ondernemers zijn ontevreden over de huidige politiek: dit zijn de redenen

Onder bedrijven heerst momenteel onvrede over de manier waarop ons land wordt bestuurd. En dat zeggen wij niet. Dat meldt het Algemeen Dagblad op basis van een groot onderzoek onder honderden respondenten.

Tijdens deze studie, een initiatief van MKB-Nederland en VNO-NCW, zijn ruim dertienhonderd ondernemers gevraagd naar hun ervaringen met het huidige kabinet. Daaruit blijkt dat zo’n 70% vindt dat de politiek niet of nauwelijks naar hen om kijkt.

Zorgelijke punten zijn onder meer de toenemende regeldruk. De ondervraagden geven in grote getale aan dat regels vaak onnavolgbaar en onhaalbaar zijn.

Elektrische bestelbussen
Als voorbeeld wordt een nieuwe regeling rondom elektrische bestelbussen aangehaald. Deze regeling moet ervoor zorgen dat er straks alleen nog maar elektrische bedrijfswagens rijden.

Hoewel dat misschien klinkt als een nobel streven, is dit volgens de ondervraagden totaal niet haalbaar. Er is momenteel sprake van onvoldoende laadcapaciteit en de mogelijkheden tot aanvraag van subsidies voor dit soort bussen zijn beperkt.

Onvoldoende
Het resultaat van het onderzoek is dat het demissionaire kabinet door zestig procent van de ondervraagden met een onvoldoende wordt beoordeeld. Ze zien teveel knelpunten en maken zich bovendien zorgen over het anti-ondernemerssentiment dat volgens hen leeft binnen de maatschappij.

Oplossingen
Een mogelijke oplossing voor de huidige situatie moet volgens de ondernemers worden gezocht in meer duidelijkheid en meer daadkracht. Dat is volgens diezelfde ondervraagden echter geen garantie op succes. Een meerderheid van hen geeft namelijk ook aan geen vertrouwen te hebben in het gegeven dat de huidige problemen met het nieuwe kabinet wél worden opgelost.

De aansprakelijkheidskwestie: wanneer ben ik als bv-eigenaar tóch aansprakelijk?

De aansprakelijkheidskwestie: wanneer ben ik als bv-eigenaar tóch aansprakelijk?

Veel ondernemers die een bv oprichten doen dit om te profiteren van een verminderde aansprakelijkheid. Maar hoeveel minder is minder? We leggen het u hieronder uit. 
 
Een bv heeft verschillende voordelen ten opzichte van bijvoorbeeld een eenmanszaak. Sommigen zijn fiscaal, anderen hebben te maken met een zekere status. En wéér andere voordelen gaan over aansprakelijkheid. 
 
Een eigenaar van een bv kan namelijk niet persoonlijk verantwoordelijk worden gehouden voor geleden schade bij een klant. Een beroepsmatige fout als gevolg van zijn of haar werkzaamheden, of die van een eventuele collega, is namelijk ‘de schuld’ van de rechtspersoon: de bv zelf. 
 
Dat is nogal een verschil met een eenmanszaak. Zzp’ers zijn namelijk per definitie hoofdverantwoordelijk en dus schuldveroorzakers, mocht er zich een fout voordoen. 
 
En dat is niet alles. In het ergste geval mogen schuldeisers óók aanspraak maken op je privévermogen. 
 
Grens in aansprakelijkheid 
Geen wenselijke situatie waarin u in een vak werkt waarin nu eenmaal fouten worden gemaakt, nee. Daarom kiezen sommige zzp’ers voor een overstap naar een bv. Maar let op: zelfs in een bv zijn er grenzen aan deze zogenoemde bestuurdersaansprakelijkheid. 
 
Het gaat hier namelijk altijd om een beperkte aansprakelijkheid waarbij bestuurders in beginsel niet aansprakelijk worden gehouden.  
 
Dat verandert echter wanneer de bestuurder in kwestie onrechtmatig heeft gehandeld. We noemen dit ook wel onbehoorlijk bestuur: gedrag waarbij bestuurders ernstige verwijten kunnen worden gemaakt. En dan is hij of zij wél aansprakelijk voor eventuele schade. Ook privé. 
 
Samengevat: u bent als bv-eigenaar niet aansprakelijk voor schade, tenzij er sprake is van onbehoorlijk bestuur. Dat is maar goed ook, want anders kunnen bestuurders overal ongestraft mee weg komen.