Dat de spaartaks mislukt is, is nog een understatement. Het kabinet lijkt echter ook niet eensgezind over diens vervanger: de zogenoemde vermogensaanwasbelasting. Dat kwam tijdens een debat eind juni 2022 aan het licht.
Doordat de Belastingdienst de vermogensrendementsheffing berekende op basis van een zogeheten fictief rendement, betaalden veel belastingbetalers jarenlang te veel. De Hoge Raad oordeelde tot teruggave; de manier van werken moest op de schop. Maar in welke vorm de werkwijze van de fiscus moet worden gestoken, wordt over gesteggeld.
Plan
De vervanger die het kabinet initieel op het oog had, is de vermogensaanwasbelasting. Dit houdt grofweg in dat inkomsten uit vermogen, waaronder rente en dividend, binnen een nieuw stelsel worden belast. Het stelsel is in grote lijnen vastgelegd in het coalitieakkoord.
Diezelfde coalitie lijkt nu echter op de rem te trappen voor zover het de verwezenlijking van het plan betreft. Dat komt vooral door de VVD. Kamerlid Folkert Idsinga vond de uitvoering van het plan ‘te snel’ gaan. Hij opperde dat het kabinet ook moest kijken naar een derde variant.
Het gaat daarbij om een vermogenswinstbelasting. Het idee daarvan is dat papieren winst, bijvoorbeeld vastgoed in waarde, niet wordt belast. Dit voorkomt situaties waarbij een pand dat alleen op papier een waardestijging heeft ondergaan een niet-verkopende eigenaar fikse belastingaanslagen oplevert.
Kritiek
Andere coalitiepartijen zien echter weinig in het bezwaar van de VVD. Zij stellen dat de partij een vertragingstactiek hanteert, omdat het lastig wordt om de nieuwe vermogensheffing voor 2025 in te voeren.
Met name D66 is kritisch. Kamerlid Romke de Jong stelt daarbij dat zo’n alternatief een mogelijk stelsel van belastingontwijking kan creëren.
Idsinga heeft inmiddels aangegeven in ieder geval de vaart erin te willen houden.
Bron: AD